Inleiding in voeding
Om te kunnen afvallen is het belangrijk dat je iets meer weet van voedingsstoffen en de functie die ze hebben in ons eten en ons lichaam. Het zal je helpen om de juiste keuzes te maken in welke producten wel of niet gezond zijn en welke producten wel of geen rol zullen spelen bij (gezond) afvallen.
Wat zijn voedingsstoffen?
Bij voedingsstoffen moet je het onderscheid maken tussen microvoedingsstoffen en macrovoedingsstoffen. Deze begrippen kom je regelmatig ook tegen als macronutriënten en micronutriënten en betekenen exact hetzelfde.
Macrovoedingsstoffen zijn voedingsstoffen die in grote hoeveelheden voorkomen. Ze zijn de brandstof voor je lichaam.
Microvoedingsstoffen zijn voedingsstoffen die in kleine hoeveelheden (minder dan 1 gram per persoon per dag) via voeding worden opgenomen. Ze leveren geen energie maar zijn nodig voor het vrijmaken van de energie uit de macrovoedingsstoffen en van de aminozuren uit eiwit.
Wat zijn macrovoedingsstoffen
- Koolhydraten
- Eiwitten
- Vetten
Wat zijn microvoedingsstoffen
- Mineralen
- Vitaminen
- Spoorelementen
Koolhydraten, eiwitten en vetten
Koolhydraten, eiwitten en vetten zijn alle drie voedingsstoffen die als brandstof dienen voor ons lichaam. Onderling verschillen deze voedingsstoffen echter in de snelheid waarmee ze energie afgeven aan ons lichaam. Koolhydraten zijn het snelst en vetten het traagst. Ze worden verteerd in de darm waar ze worden afgebroken tot hun bouwstenen: koolhydraten tot suikers, eiwitten tot aminozuren en vetten tot vetzuren en glycerol.
Voor meer informatie zie Wat zijn koolhydraten?, Wat zijn eiwitten? en Wat zijn vetten?
Vitamines
De betekenis van 'vita' is 'leven'. Vitamines komen uit de levende natuur en spelen een rol bij de groei, het herstel en het goed functioneren van het lichaam. Vitamines komen van nature voor in onze voeding; ons lichaam maakt ze niet of niet voldoende zelf aan.
Er zijn 13 verschillende vitamines te onderscheiden, namelijk A, C, D, E, K en 8 soorten vitamine B, namelijk: B1 ( thiamine), B2 ( riboflavine), B3 ( niacine), B5 ( pantotheenzuur), B6, B8 ( biotine), foliumzuur (B11) en B12.
Mineralen & spoorelementen
Ook mineralen komen net als vitamines in kleine hoeveelheden voor in ons eten en drinken. Ze zijn essentieel voor een goede gezondheid, groei en ontwikkeling.
Het verschil tussen mineralen en spoorelementen wordt bepaald door de hoeveelheid waarin het lichaam ze nodig heeft. Mineralen waarvan het lichaam maar heel weinig nodig heeft noemt men spoorelementen.
Mineralen zijn calcium, chloor, fosfor, kalium, natrium en magnesium. Spoorelementen zijn chroom, fluoride, ijzer, jodium, koper, mangaan, molybdeen, seleen en zink.